Er komt een nieuwe jongen in de klas, en iedereen vindt hem een beetje vreemd. Maar hij is goed in voetbal, hij is slim en grappig en houdt van chips, en dat is het belangrijkste voor zijn nieuwe vrienden Dan en Maxie. Want wie bepaalt eigenlijk of iemand vreemd is, of normaal? Maar langzamerhand ontdekken ook zij dat George veel bijzonderder is dan ze vermoedden. Als ze te weten komen dat George in gevaar is, willen ze er alles aan doen om hem te redden.
Roef woont met zijn familie op een woonboot in de stad. Zijn zus Wies is de sportiefste thuis en zijn kleine zusje IJf de vrolijkste. En Roef? Hij is volgens zijn ouders de liefste, maar daar heb je natuurlijk helemaal niets aan. Om te laten zien dat hij ook wel iets kan, doet hij mee aan een zwemwedstrijd voor het goede doel. Hij kan zelfs extra geld binnenhalen als het hem lukt om een minuut lang tegelijkertijd te zwaaien en te watertrappelen – maar dan moet de reddingsbrigade niet zomaar denken dat hij in gevaar is!
Zes broers worden opgeroepen om dienst te nemen in het leger. Op weg naar het front moeten ze zich melden bij een grenspost. Geschikte giften of geld om de grens te kunnen passeren, bezitten de broers niet. Verhalen kennen ze echter in overvloed. Verhalen over een behekst meer, over een poppenspeler die over lijken gaat om succes te hebben en over een jongeman die zo mooi is dat de mannen uit zijn dorp hem van pure jaloezie het liefst een kopje kleiner maken. De broers vertellen en vertellen alsof er een leven van af hangt. En dat is ook zo.
Ties heeft een probleem. Tenminste… dat vinden de meeste mensen. Ties vindt dat niet: hij heeft een vriend. Gozert. De tofste, leukste, stoerste, coolste vriend die je je kunt voorstellen. Alleen is Ties de enige die Gozert ziet en hoort. En de plannen van Gozert zijn zo fantastisch dat Ties erdoor in moeilijkheden komt… Ties’ ouders willen dat Gozert verdwijnt en nemen een ingrijpende beslissing. Maar Ties wil helemaal niet van Gozert af. Wat moet hij doen?
Gevoelig verhaal gebaseerd op de Watersnoodramp. Bekroond met een Vlag-en-Wimpel en de Thea Beckmanprijs voor het beste historische jeugdboek. Midden in de nacht maakt mama Liesje en haar zus wakker. Het is ijskoud en het stormt. ‘Snel, kleed je aan!’ zegt mama. ‘De zee komt. De dijk is kapot.’Liesje moet helpen om spulletjes naar boven te brengen. Waarom eigenlijk? Denken papa en mama soms dat de zee naar binnen zal komen? Liesje vertelde hoe zij als klein meisje de watersnoodramp meemaakte. Selma Noort schreef haar verhaal op in dit boek.Bekroond met een Vlag-en-Wimpel en de Thea Beckmanprijs voor het beste historische jeugdboek.
De twaalfjarige Nout woont in een klein huisje in een Zeeuws dorp achter de zeedijk. Als zijn ouders een paar dagen weggaan, blijft hij samen met zijn broer Leen thuis. Al snel komt Nout in moeilijkheden. Leen neemt hem mee op smokkeltocht, waarbij ze worden betrapt. En later wordt Nout ook nog beschuldigd van diefstal. Maar dan breken tijdens een storm de dijken door en zijn Nouts problemen plotseling niet belangrijk meer. Het water komt steeds hoger en er breken onzekere uren aan. Nout en Leen weten ternauwernood aan het water te ontsnappen, maar zullen ze hun ouders ooit nog terugzien? Een spannend en meeslepend boek over een jongen die moet zien te overleven tijdens de watersnoodramp van 1953.
In de nacht van zaterdag op zondag 1 februari 1953 werden de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden getroffen door een stormvloed die acht procent van Nederland onder water zette. In eerste instantie maakte men zich niet zoveel zorgen. Er waaide weliswaar een Noordnoord-westerstorm, maar een dergelijke dreiging had het gezin Strijen – dat in een boerderij in het dorpje Batternoord op Flakkee woonde – wel vaker meegemaakt. Maar tegen vier uur ’s nachts brak de eerste dijk onder het donderende geweld van de zee. Dat mocht nooit meer gebeuren. Er werd een plan bedacht en uitgewerkt: de Deltawerken. Ruim twintig jaar later naderen de Deltawerken hun voltooiing. De Oosterschelde is de enige zeearm die nog moet worden afgesloten. Maar niet iedereen is ervan overtuigd dat dit de enige oplossing is.
Vanaf het moment dat de eerste bewoners zich in Nederland vestigden, begon de strijd tegen het water. Maar de zee liet zich niet tegenhouden; geen eeuw ging voorbij of duizenden mensen verdronken of raakten huis en land kwijt door grote overstromingen.
Dit boek vertelt over de grote en kleine helden die betrokken waren bij de strijd van Nederland tegen het water. Lees over ambitieuze Hollandse graven die dijken willen aanleggen, maar worden tegengewerkt door de Zeeuwse darinkdelvers. Over ruwe dijkwerkers die om de haverklap met elkaar op de vuist gaan, over vooruitstrevende ingenieurs en protesterende boeren en vissers.
Lees hoe rond Alkmaar meren werden drooggelegd, hoe bij Haarlem de grootste stoommachine ter wereld werd gebouwd, hoe de Amsterdamse haven van de ondergang werd gered, de Afsluitdijk bijna door een draaikolk werd verzwolgen, en hoe rebellerende jongeren Rijkswaterstaat dwongen om een wonder te verrichten. Indrukwekkende verhalen die je niet meer vergeet!
De verhalen beginnen in de 13e eeuw, met de vriendschap tussen Pieter de bierbrouwer uit Zeeland en Joos die in dienst is van de graven van Holland, die de eerste dijkwerken laten aanleggen. De Zeeuwse darinkdelvers, die leven van de zoutwinning en hun eilanden afgraven tot ze onder water staan, moeten niets hebben van de plannen van de graaf. Als rond Alkmaar kleine meren worden drooggelegd, heeft de zoon van Joos als dijkgraaf zijn handen vol aan het toezicht op de dijkwerkers: ruw volk dat maanden in kampen bivakkeert en leeft op bier en brood. De beste ingenieurs en landmeters worden aan het werk gezet. Maar de droogmakerij gaat niet zonder slag of stoot, want boeren en vissers zijn fel tegen. En er komen grote tegenslagen … Door de eeuwen heen blijken afstammelingen van Pieter en Joos steeds betrokken bij de aanleg van waterwerken en de strijd tegen het water die voortduurt tot het eind van de 20ste eeuw.
De auteur, jeugdboekenschrijver Peter Smit, weet op boeiende wijze te vertellen over de moeilijkheden die werden ondervonden, het technisch vernuft en de uitvindingen die eraan te pas kamen en over de durf en het pionierswerk van de Nederlanders. Gaandeweg wordt duidelijk waarom tegenwoordig overal ter wereld Nederlandse waterbouwkundigen worden ingezet voor de aanleg van grote waterwerken.
Als ze op de trap zijn, klinkt er ineens donderend geraas: een heel ander geluid dan de storm daarvoor. ‘Snel!’ roept Jan. Waar hij bang voor was, gebeurt nu. Metershoge golven spoelen over de dijk het land in. Er klinkt glasgerinkel en het kraken van hout. Schuimend zoekt de zee haar weg…In vijftig spannende en kleurrijke verhalen neemt dit boek je mee naar de belangrijkste gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis. Naar de nacht van de watersnoodramp, bijvoorbeeld. Maar ook naar de tijd van de hunebedden, de strijd van de patriotten en de aanleg van de eerste spoorlijn. Beleef samen met Michiel de Ruyter de Slag bij Kijkduin. Lees hoe Eise Eisinga zijn planetarium bouwde. En maak met de elfjarige Louis de allereerste televisie-uitzending mee. Een onmisbaar boek voor jong en oud!
Een vreselijke stormvloed vernielt de Zeeuwse boerderij waar Hanneke woont. Met haar grote broer Leen weet Hanneke zich te redden, maar ze verliest de rest van haar familie uit het oog. Samen met Bram, een jongen uit haar dorp, wordt ze naar het veilige Rotterdam gestuurd. Maar Hanneke en Bram willen op het overstroomde eiland blijven om hun familie te zoeken… Drijven op een dak speelt in Zeeland tijdens de watersnoodramp in 1953.
